Het is niet voor niets dat de pinksterbloem de top vijf behaalde bij de verkiezingen van de nationale bloem. Mensen houden van de zachtroze pinksterbloemen die onmiskenbaar het voorjaar aankondigen. En de pinksterbloem houdt van mensen. Je vindt ze dan ook op veel plaatsen waar natuur en mensen samengaan. In weilanden, zowel als in een vochtig bos, maar ook in bermen, langs de waterkant en zelfs in het gazon van de stadstuin.
Halfnatuur
Victor Westhoff, hoogleraar aan de Radboud Universiteit van 1967 tot 1981 én een van de oprichters van de botanische tuin van Hortus Nijmegen, introduceerde voor dit soort leefgebieden de naam ‘halfnatuur’. Karakteristieke Nederlandse natuur, ontstaan onder invloed van menselijke activiteiten. Denk bijvoorbeeld aan de natuur die zich ontwikkelde na houtkap en het gebruik van dat land als weiland. Flora en fauna zijn op dit soort plaatsen min of meer op natuurlijke wijze ontstaan en kunnen enkel blijven bestaan door menselijk beheer.
Voorjaarsbode
Van de pinksterbloem naar het oranjetipje is geen grote stap. Volgens de Vlinderstichting gebruiken de vrouwtjes van het oranjetipje graag waardplanten die op zonnige beschutte plaatsen groeien zoals in greppels of in hooilanden nabij struweel of bosranden. Precies de soort halfnatuur waarin de pinksterbloem gedijt. In april, als de vlinders gaan vliegen, gebruiken ze met name pinksterbloem en look zonder look als nectarbron. Het oranjetipje komt in het hele land voor, maar vooral in het oosten. Hij kan nu veelvuldig worden waargenomen in de botanische tuin van Hortus Nijmegen.
Wil je meer weten over de relatie tussen de pinksterbloem en het oranjetipje? In dit artikel van Nature Today besteedt Hanneke Jelles, Hortus botanicus Leiden hier uitgebreid aandacht aan. De foto’s zijn van Jan Jansen, ecoloog en bestuurslid Hortus Nijmegen en van KU Leuven.
0 reacties