Achter in de schaduwtuin van de Hortus is momenteel een bijzondere bloei te bewonderen: de drakenwortel (Dracunculus vulgaris). Deze fascinerende plant, een lid van de aronskelkfamilie, is slechts enkele dagen per jaar in bloei, maar maakt daarbij een onmiskenbare indruk.
Aronskelken vinden we in onze omgeving wel in de natuur, maar de drakenwortel stamt uit het Middellandse Zeegebied en heeft een wel heel spectaculair uiterlijk. Een satijnrood schutblad, dat tot 50 cm lang kan worden, omhult de lange, puntige bloeikolf—de ‘drakentong’—die diep donkerpaars tot zwart van kleur is. Maar het is niet alleen het uiterlijk dat deze plant bijzonder maakt. Ook de intense geur die de bloem verspreidt valt op: het is de geur van rottende vis. Dit is geen toeval, maar een slimme strategie van de plant om aasvliegen aan te trekken die helpen bij de bevruchting. Gelukkig is ook de stank van korte duur.
De drakenwortel bloeit tussen april en juni en komt van nature voor in bossen en schaduwrijke rotsvelden. De felgekleurde oranjerode bessen die na de bloei verschijnen, vormen een opvallend contrast met de verder mysterieuze verschijning van deze unieke plant.
Hoewel giftig, blijft de drakenwortel een intrigerende en bewonderenswaardige soort. Wie dit stinkend mooie fenomeen wil aanschouwen, moet er snel bij zijn—de bloei duurt maar een paar dagen!
Dit jaar krijgt de Botanische Tuin een groene opfrissing! Op veel plekken in de Botanische Tuin zijn we gestart met het aanbrengen van nieuwe beplanting. Door vergrassing en verruiging zijn met name de zomen, dit zijn de randen van het bos naast het pad, sterk achteruit gegaan. Karakteristieke en aantrekkelijke (bloem)planten zijn verdwenen of verdrongen naar plekken dieper in het bos waar niemand ze kan zien.
We grijpen in door woekerende grassen te verwijderen en grote struiken terug te snoeien, waardoor er meer ruimte en licht voor de oorspronkelijke ondergroei komt. Op plaatsen waar deze ondergroei te sterk is afgenomen, planten we nieuwe exemplaren. Deze herplaatsen we vanuit een nabije locatie, kweken we zelf op, of schaffen we aan bij correcte kwekers.
Voorbeelden zijn diverse soorten koekoeksbloemen (Silene), klokjes (Campanula) en anjers (Dianthus). Maar ook ereprijs (Veronica), wolfsmelk (Euphorbia), longkruid (Pulmonaria), en verschillende voorjaarsbloeiers (Primula en Ornithogalium).
Goed voor een diverse, robuuste en aantrekkelijke beplanting. Want om zoveel plantensoorten op een klein oppervlak te kunnen waarborgen voor de toekomst moet je de natuur soms een handje helpen.
Tijdens NLdoet heeft een enthousiaste groep vrijwilligers allerlei klussen geklaard in Hortus Nijmegen: het terrasmeubilair is gepoetst, de kas heeft een opknapbeurt gehad, banken werden gelakt en er werd zelfs een boom verplaatst. De lente kan beginnen!
Eindelijk is het me gelukt een bloemetje scherp op de foto te krijgen. Ze zijn zo klein! Maar 2-4 millimeter. Eigenlijk trok vooral de naam me altijd aan :-)Een heksenkruid is vaak een plant die door kruidenvrouwen – toendertijd helaas heksen genoemd – gebruikt werden vanwege een bepaalde werking. Hallucinogene, verdovende, geneeskrachtige, rustgevende of een andere. Van heksenkruid is dat merkwaardig genoeg helemaal niet bekend. Circaea komt van de tovenares Circe uit de Griekse mythologie en Lutetiana is afgeleid van Lutetia, de Latijnse naam voor Parijs; dat stond toentertijd bekend als heksenstad. Maar familie van de teunisbloemen.
De (vaste) plant wordt tot 60 cm hoog, ziet er eigenlijk vrij gewoontjes uit en groeit in bossen op een beetje vochtige voedselrijke grond. In de Botanische Tuin in een groot gebied rondom het heideveld te vinden. Toch, zo in close-up bekeken zie je van alles wat je bijna niet ziet gewoon. Onder de bloemknop zit op het steeltje een rond vruchtbeginsel vol met borstelige kromme haren (weerhaakjes). Ideaal om door dierenvachten verspreid te raken. Dat groeit uit tot het vruchtje waarin twee zaadjes zitten. De minibloempjes hebben twee kroonblaadjes in de vorm van hartjes, wit, soms iets rozig. Er zijn twee kelkbladen onder de bloem, bleekgroen met een rode top. Dat is goed te zien bij de bloempjes in knop maar ook als de kelkbladeren naar onder geklapt zitten als de bloem bloeit. Dan lijkt het geheel nogal uitgestrekt met twee meeldraden (eerst friswit en later bruinig) en een ietwat rozige stijl die naar de andere kant uitsteken. Wel 4 mm!
Twee filmpjes waar Middelste (2,5-3cm) – en Grote Teunisbloem (3,5-6cm) – Oenothera biennis en glazioviana – open gaan.
Echt iets om op een zomeravond te bekijken. Bij de eerste die ik zag open gaan dacht ik: heb ik eigenlijk wel eens een bloem zo open zien gaan? Wónderlijk ☺.
Zet vooral het geluid eerst uit! Het beeld is niet overal even scherp en stabiel maar je ziet wel iets gebeuren. Bij de eerste is: even terug te zetten naar het begin, door het laden van het bestand mis je net dat ie openspringt, en na 1.20 min gebeurt er niks meer.
Zeepkruid is familie van de anjer. Het is giftig bij inname maar werd vroeger uitwendig gebruikt tegen ontstekingen en huidaandoeningen. En om de was te bleken. Beetje vierkante plant zeg maar, met mooi rode kelk en stengel. Op diverse plekken in de tuin te vinden. Bloeit van wit tot diep roze en geurt dag en nacht wat vele insecten aantrekt.